70 jaar Bergmann strooiers – kwaliteit Made in Goldenstedt
Al 70 jaar ontwikkelt en produceert Bergmann stalmest- en universeelstrooiers en al die tijd stempelt het bedrijf de
organische strooitechniek met vooruitstrevende ideeën en innovatieve ontwikkelingen op het hoogste niveau. Vooral de
functionaliteit, kwaliteit en uitstekende strooiprecisie worden tot op de dag van vandaag heel hoog aangeslagen door de
klantenkring.
In 1954 begon met de M 50, M 60 en M 70 het succesverhaal van de Bergmann strooiers. De drie strooiers waren uitgerust met één resp. twee horizontale tand-strooiwalsen en hadden een toegestaan totaalgewicht van 2,5 resp. 3 t. De M 70 werd vanaf 1959 opgevolgd door het model M 75 met een toegestaan totaalgewicht van 3,5 t. Dit model werd net als de M 50 en M 60 tot begin jaren 60 gebouwd.
Het halfportaal-aanbouw-opraapapparaat L 100, waarmee mest, stro, hooi en nog veel meer kon worden geladen, kwam vanaf 1960 in het productprogramma. Hiermee konden de stalmeststrooiers veelzijdiger worden gebruikt.
Vanaf 1962 volgde op de eerste strooiers de serie M 42 tot M 82 met vijf modellen, meer laadvolume, een toegestaan totaalgewicht van 2,2 tot 3,5 t en een een- en tweeassig onderstel als stalmeststrooier en multifunctionele wagen. Om de stalmeststrooiers en multifunctionele wagens van de series M 62, M 72 en M 82 breder in te kunnen zetten, werd het aanbouw-opraapapparaat AL 10 ontwikkeld, waarmee gras,
stro, bietenblad en nog veel meer kon worden geladen.
Eind jaren 60 werd de serie aangevuld met de M 92 met 5,7 resp. 6,5 t toegestaan totaalgewicht en begin jaren 70 met de M 102 als tweeasser met 7,1 t toegestaan totaalgewicht. De M 92 was vanaf midden jaren 80 ook verkrijgbaar als geveerde tandem-strooier. Voor de serie werden drie
strooiwerken aangeboden: een tand-strooiwerk (M 42 en M 52) en een vijzel-strooiwerk (vanaf M 62) met elk twee horizontale strooiwalsen (doorgang 600 tot 850 mm) en een strooibreedte van ca. 2 m alsmede een breedstrooiwerk met drie verticale tand-strooiwalsen en een strooibreedte van 4 tot 5 m. Vanaf eind jaren 70 werd voor de M 92 het SG-strooiwerk met twee horizontale strooiwalsen en een doorgang van
1.100 mm aangeboden.
Van begin tot midden jaren 70 werden de vijf modellen M 42,M 52, M 62, M 72 en M 82 afgelost door de zes modellen M 44, M 54, M 64, M 64 S, M 74 en M 84. Deze hadden een groter laadvolume (4,9 tot 7,5 m³), een grotere spoorbreedte,grotere banden en een hoger toegestaan totaalgewicht (3,1 tot 5,7 t) dan hun voorgangers. Ze werden gebouwd tot ca. 1990,evenals de M 92 en M 102.
Met de eenassige modellen M 450, M 550, M 600 en M 700 SG en de geveerde tandem-modellen M 800 GTA,M 1200 en M 1600 kwam in de jaren 80 een nieuwe generatie strooiers op de markt met toegestane totaalgewichten van 4,5 tot 16 t. Deze strooiers waren standaard uitgerust met een tweewals-vijzelstrooiwerk. Vanaf het model M 700 werden de strooiers in 1994 voor het eerst uitgerust met zijwanden van staal.
Met de eenasser TSW 700 en het tandem-model TSW 800 begon in 1991 de productie van universeelstrooiers, uitgerust met een tweewals-freeswerk met 1.250 mm doorgang en een schijvenstrooiwerk. Met de nieuwe universeelstrooiers waren strooibreedtes tot 22 m mogelijk. Zo kon ook ander strooimateriaal dan stalmest exact worden verdeeld.
Het productprogramma van de stalmest- en universeelstrooiers werd in de jaren 90 voortdurend uitgebreid en aangevuld met modellen zoals de M/TSW 1614, 1814 en 1821 met maximaal 18 ton toegestaan totaalgewicht en 21 m³ laadvolume. Met 1.400 mm (M-strooier) resp. 1.350 mm
strooiwerkdoorgang (strooiwerken met twee horizontale walsen) bij de M/TSW 1614 en 1814 was een steeds hogere capaciteit mogelijk.
In 1994 werd voor de strooiers de PILOTBOX geïntroduceerd,die met kleine aanpassingen tot op heden dient voor de bediening van de strooier via een centrale bedieningsbox. Tot die tijd was de bediening alleen mogelijk via de hydrauliekventielen van de tractor.
Sinds 1995 worden bij Bergmann uitsluitend rondstaalkettingen van 14 x 50 mm met 25 t breukbelasting per ketting gebruikt als transportbodemkettingen. Hiermee is Bergmann nog altijd toonaangevend op het gebied van stabiliteit van de transportbodem.
Eind 1996 volgde de presentatie van de eerste strooier met een opbouwbreedte van 2.050 mm: de TSW 1818 S. Deze
was alleen verkrijgbaar als universeelstrooier met een freeswerkdoorgang van 1.350 mm en strooischijven met een
diameter van 1.000 mm.
In 1998 werden de VARIO wisselsystemen opgenomen in het productprogramma. Met slechts één onderstel konden zo verschillende opbouwen worden gebruikt, zoals strooi-, silage-of tankopbouwen of kiepwagens. Dat was tegelijk ook het begin van de onderstellen met hydraulische ascompensatie,de tridem-onderstellen en de montage van de eerste weeginrichtingen voor strooiers.
De met de TSW 1818 S in 1996 al geïntroduceerde elektromagnetische comfortbediening – het ME-bedieningspaneel – kreeg in 1999 een optionele uitbreiding:deze kon nu worden gekoppeld aan de automatische regeling van de strooihoeveelheid UNI-Control S.
In 2001 verschenen de eerste strooiers met conische en volledig stalen laadbak. Deze heeft duidelijke voordelen ten opzichte van laadbakken met parallelle zijwanden: minder slijtage aan de zijwanden, lagere vermogensbehoefte van de tractor, geen verdichting en verstopping van het materiaal voor het frees- of strooiwerk, minder krachten op de transportbodemkettingen en de aandrijving en tot slot een beter strooibeeld. De conische en volledig stalen laadbak kwam bij strooiers vanaf de M/TSW 1414 S in gebruik. De tweewals-freeswerken van de universeelstrooiers hadden nu een doorgang van 1.350 mm. Vanaf de TSW 1414 kon optioneel ook een driewals-freeswerk met een doorgang van
1.800 mm worden gekozen.
Een ander hoogtepunt in 2001 was de test van de TSW 2016 S door de Duitse landbouwvereniging DLG. De universeelstrooier ontving voor functionaliteit en kwaliteit met uitstekende strooiprecisie het keurmerk ;DLG Anerkannt;.Als opvolger van de TSW 1818 S werden de M/TSW 2020 en M/TSW 1616 op de markt gebracht.
Op de Agritechnica in 2005 presenteerde Bergmann met de strooiopbouw TSW A 19 op een Mercedes Actros de eerste zelfrijder met exacte GPS-gestuurde afgifte.
Ter gelegenheid van de Agritechnica 2009 werden de nieuwe stalmeststrooier M 1080 en voor het eerst de TSW 6230 S met
hydraulisch onderstel gepresenteerd. Ook de strooiopbouw TSW A 33 met exacte GPS-gestuurde afgifte op de Holmer Terra Variant werd daar tentoongesteld. Bovendien was de Agritechnica 2009 het startschot voor de toekomstbestendige ISOBUS-bediening, die haar intrede deed bij de Bergmannstrooiers.
In 2011 werd samen met de DLG een uitgebreide wagenparktest uitgevoerd. In totaal vijf stalmest- en universeelstrooiers konden in de DLG-Fokus-test overtuigen en ontvingen van de DLG het keurmerk voor de zeer goede tot goedeverdeelkwaliteit stalmest; resp.;verdeelkwaliteit
stalmest en compost.
De stalmeststrooier M 2120 werd op de Agritechnica 2011 als nieuw product geïntroduceerd, nadat hij al eerder in de DLG-Fokus-test wist te overtuigen.
In 2015 kwam de weegstrooier TSW 5210 W op de markt.Later volgden de TSW 6240 W en TSW 7340 S als weegstrooiers. Al eerder werden VARIO-onderstellen in combinatie met strooiopbouwen gebouwd als speciale uitvoering met weeginrichting.
Agritechnica 2017: de eersteBergmann diepbedstrooier, de TSW 2140 E, wordt gepresenteerd. De strooier onderscheidt zich op de markt door onder andere zijn unieke constructie met 1.800 mm brede bak en de grote VF-banden 480/95 R50.Daarmee wijkt hij af van de klassieke constructie van diepbedstrooiers met een smalle bak en kleinere wielen.
Op de Agritechnica 2019 werd als hoogtepunt het nieuwe en gepatenteerde breedstrooiwerk V-Spread gepresenteerd, dat te herkennen is aan de dwars op de rijrichting v-vormig geplaatste strooischijven en, afhankelijk van het strooimateriaal, werkbreedtes tot 36 m mogelijk maakt. V-
Spread is verkrijgbaar voor de strooiermodellen TSW 2140 E,TSW 5210 S/W, TSW 6240 S/W en TSW 7340 S.
Bovendien werd het nieuwe hybride strooiwerk 2-Spread met twee grote verticale strooiwalsen op de diepbed-
stalmeststrooier M 2140 E geïntroduceerd. 2-Spread is ontwikkeld voor maximale doorvoer bij zeer hoge strooikwaliteit en voor dit type strooiwerken met grote werkbreedtes. Vanaf het daaropvolgende jaar was 2-Spread ook beschikbaar voor de nieuwe strooiers M 5210 S/W tot
M 7340 S.
De nieuwe strooiwerken waren voor Bergmann ook aanleiding om deze onafhankelijk door de DLG te laten testen.De strooiwerken V-Spread en 2-Spread werden officieel onderscheiden met het keurmerk ;DLG Anerkannt; voor uitstekende strooikwaliteit (DLG-testrapporten 7255 tot 7257).
Ook de nieuwe, in de ISOBUS-software geïntegreerde weegcompensatie ExaRate werd meegenomen in de DLG-test. Deze weegcompensatie meet tijdens het strooien voortdurend de gewichtsvermindering op de strooier en vergelijkt deze met de ingestelde afgiftehoeveelheid.
Blikvanger op de Agritechnica 2023 was het functiemodel van de Bergmann XPERT 5.24. Dit was het startschot voor de nieuwe strooiergeneratie Bergmann XPERT, die qua constructie gebaseerd is op een volledig nieuw concept en vanaf najaar 2025 stapsgewijs op de markt moet worden
gebracht. In combinatie met de nieuwe Bergmann XPERT-serie is ook voor het eerst ISOBUS TIM voor strooiers van organische kunstmest gepresenteerd. Hierbij worden twee functies geïmplementeerd. De eerste is SpeedControl, voor het aanpassen van de strooihoeveelheid door verschillende rijsnelheden van de tractor bij gelijkblijvende transportbodemsnelheid. De tweede is PTOControl, met verschillende mogelijkheden voor toegang tot de aftakas van de tractor.
Opmerkingen over de naamgeving van de Bergmann
strooiers:
- M 42 tot M 102: de cijfers geven bij benadering het
laadvermogen in eenheden van 50 kilo aan.
- M/TSW 600 etc.: het eerste cijfer geeft het toegestane
totaalgewicht aan.
- M 1814 etc.: de eerste twee cijfers geven het toegestane
totaalgewicht in ton aan, de laatste twee cijfers het
laadvolume in m³.
- M/TSW 4190 etc.: het eerste cijfer geeft de bouwgrootte
aan, het tweede en derde cijfer het maximaal mogelijke
toegestane totaalgewicht in ton.
- 5.24 etc.: het cijfer voor de punt geeft de bouwgrootte aan,
de twee cijfers achter de punt het toegestane totaalgewicht
van de standaarduitrusting in ton.
Bron: Ludwig Bergmann GmbH